zaterdag 1 september 2012

Anne-Fleur van der Meer promovenda

Ga naar de nieuwe website

Op 1 september 2012 is Anne-Fleur van der Meer in dienst getreden als promovenda. Zij volgde eerder de bachelor Nederlandse Taal en Cultuur (cum laude) en daarna de tweejarige onderzoeksmaster Letterkunde (idem.). Dankzij een subsidie van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) in het kader van het programma Promoties Geesteswetenschappen zal zij vanaf nu vier jaar lang onderzoek doen naar autobiografieën over depressie.

Depressie en het publieke debat

Depressie is wereldwijd de meest voorkomende psychische aandoening. Hoe komt het dat zoveel mensen vandaag de dag zo ongelukkig en somber zijn? En wat is depressie precies? Over die vragen wordt veel wetenschappelijke - maar ook maatschappelijke – discussie gevoerd. Heeft depressie een psychische, lichamelijke, of neurologische grondslag, of is de neerslachtigheid het resultaat van (te hoge) maatschappelijke idealen van ultiem geluk en perfectie? Wanneer is de somberheid die iemand ervaart ziekelijk te noemen? En hoe moeten depressieve mensen worden genezen? Is depressiviteit, tenslotte, een ‘nieuw’ verschijnsel, of bestond het vroeger ook al?

Depressie in literatuur en film

Uitgangspunt van het onderzoek is de constatering dat depressie ook veelvuldig is gethematiseerd in films, romans en andere narratieve teksten. In Nederland is De gelukkige huisvrouw (2010), naar de gelijknamige roman (2000) van Heleen van Royen, een goed voorbeeld. Ook bekend is de Amerikaanse klassieker Prozac nation; Young and depressed in America (2000), gebaseerd op het boek van Elisabeth Wurtzel. Eind 2011 verscheen bovendien de film Melancholia van de beruchte regisseur Lars von Trier (zelf ook een depressiepatiënt), waarin het leed van de zwaar depressieve Justine verbeeld wordt in relatie tot een naderend einde van de wereld (zie het affiche hierboven).

Depressie en de autobiografie

In het gesubsidieerde onderzoek staat de populaire praktijk van het zogenaamde autobiografische schrijven over depressie centraal. Bekende Nederlandse voorbeelden hiervan zijn Pil (2010) van cabaretier Mike Boddé en Kikker gaat fietsen (2008) van schrijver en hoogleraar Maarten van Buuren. Vergelijkbaar is het egodocument Het verhaal van mijn zelfmoord (2012) van Viktor Staudt. Hoe wordt depressie in deze autobiografieën gerepresenteerd en hoe verhouden deze teksten zich tot de debatten die over depressie gevoerd worden?

Anne-Fleur bestudeert de narratieve strategieën waarmee de autobiografische verhalen ‘depressie’ en het depressieve ‘zelf’ construeren. Ze wil daarmee inzicht verkrijgen in de wijze waarop de teksten, door middel van deze specifieke strategieën, waarde en betekenis aan de ziekte toekennen en nagaan hoe deze zijn ingebed in, reflecteren op, of onderhandelen over, verschillende (maatschappelijke) opvattingen over depressie en mentaal ziek-zijn.

Het onderzoek hoopt bij te dragen aan wetenschappelijke theorieën en discussies over de functie en betekenis van autobiografisch schrijven (over depressie) en tevens in te spelen op een maatschappelijke behoefte aan inzicht in de manier waarop kennis over depressie in de samenleving verspreid wordt. In dit laatste verband is samenwerking op gang gebracht met projecten van Het Fonds Psychische Gezondheid.

Anne Fleur van der Meer, is na Willemijn van der Linden, Saskia Stehouwer en Wouter Schrover, de vierde promotieassistent die sinds de indiensttreding van Ben Peperkamp in 2007 bij ons groep te werk kon worden gesteld.

Voor de trailer van Melancholia op youtube, zie:

Geen opmerkingen: