dinsdag 19 juli 2011

Nationalisme en post-koloniale literatuur

Tijdens de International Conference on Colonial and Post-Colonial Connections in Dutch Literature die op 15-17 september 2011 aan the University of Berkeley California wordt georganiseerd, zal Jacqueline Bel een lezing geven over ‘Nationalisme en postkoloniale literatuur uit de Nederlandse koloniën in Nederland.’ 

Veel Nederlandse koloniale en postkoloniale literatuur is geschreven door Nederlanders die in de koloniën woonden. Maar in de eerste helft van de 20e eeuw waren er ook ‘inheemse’ auteurs, vaak met uitgesproken nationalistische ideeën, die naar Nederland reisden - ‘het land van de overheerser’ - om er te studeren of te werken. Opmerkelijk is dat deze schrijvers vaak vrij snel in het institutionele hart van de literatuur terecht kwamen en zo, vanuit een dubbelperspectief, een bijdrage leverden aan het Nederlandse literaire debat.  

Noto Soeroto is een vroeg voorbeeld. Deze Javaanse prins - dichter van de bundel Melati-knoppen - kwam rond 1910 naar Nederland waar hij bijdragen leverde aan het avant-gardetijdschrift Het Getij. Rond 1930 verbleef de bekende nationalist Soetan Sjahrir (auteur van Indonesische overpeinzingen) en latere vriend van Du Perron voor korte tijd in Nederland. De Surinaamse schrijver Albert Helman (Lou Lichtveld, auteur van De stille plantage, 1931) werkte mee aan het katholieke literaire tijdschrift De Gemeenschap, dat in 1924 werd opgericht. En Antoine de Kom, schrijver van de anti-koloniale geschiedenis: Wij slaven van Suriname, sloot zich aan bij het schrijverscollectief Links Richten (hiernaast het omslag van diens biografie). De van de Antillen afkomstige Cola Debrot ten slotte, auteur van Mijn zuster de negerin (1935) werd medewerker van Forum, een van de meest invloedrijk geachte literaire tijdschrift uit het interbellum. 

In haar bijdrage zal Jacqueline deze auteurs uit de verschillende koloniën die eenzelfde reis maakten naar het koloniale moederland met elkaar vergelijken. Daarbij zal zij ingaan op hun dubbele positie en nagaan in hoeverre er contacten bestonden tussen deze auteurs.   

Geen opmerkingen: