woensdag 2 september 2009

Indië rond 1900: West versus Oost

In haar bachelorscriptie uit september 2009 is Saskia Terpstra ingegaan op de rol van personages in de Indisch-Nederlandse literatuur rond 1900. Rond deze tijd zou er een nieuwe ethische politiek zijn ontstaan die een humaner beleid ten aanzien van de inheemse bevolking nastreefde. Zij wilde onderzoeken in hoeverre deze ideeën ook zichtbaar werden in contemporaine Indisch-Nederlandse romans.

Aanvankelijk speelden inheemse figuren slechts een rol als achtergrondfiguur. De onderzoeksvraag was of ‘zwarte’personages rond 1900 nu ook als ‘volwaardige’ personages naast de ‘witte’ personages zouden worden opgevoerd of in ieder geval een belangrijker rol zouden krijgen dan voorheen - overeenkomstig de nieuwe politieke ambities. Om dit te na te gaan is in de scriptie de functie en betekenis van ‘zwarte’ en ‘witte’ personages bestudeerd in drie romans: De stille kracht van Louis Couperus, Orpheus in de dessa van Augusta de Wit en Nummer elf van P.A. Daum. Bij de analyse - waarbij gebruik is gemaakt van de opvattingen die Maaike Meijer (1996) in het voetspoor van Toni Morrison heeft geformuleerd over representatiestrategieën en uitsluitingsmechanismen - is aandacht gevraagd voor de ‘representatie van zwarte mensen als dieren’, ‘het veelvuldig markeren van huidskleur en naaktheid’ en ‘het homogeniseren van mens en landschap’.

Geconcludeerd kon worden dat deze representatiestrategieën vooral worden toegepast op de ‘zwarte’ personages; deze bleken in het corpus negatief te worden afgeschilderd, onder meer als dier of ‘wajangpop’; zij worden daardoor ‘ontmenselijkt’. En dat betekent weer dat een ‘nieuwe ethische politiek’ in de geselecteerde romans dus nog ver te zoeken was, al bevat De stille kracht wel enkele kritische kanttekeningen bij de Nederlandse koloniale politiek.

Saskia Terpstra: Representatie in Nederlands-Indische romans rond 1900. West versus Oost. Bachelorscriptie VU: Amsterdam 2009.

Begeleider: Dr. Jacqueline Bel

Geen opmerkingen: