De Dordtse schrijver C. Buddingh’ (1918-1985) is wel eens gekenmerkt als een ‘kameleontisch’ auteur, die moeiteloos meekleurde met de literaire stroming waarmee hij in aanraking kwam. Dat die typering voornamelijk kan worden verklaard doordat Buddingh’ als mens en kunstenaar steeds ruimte wilde bieden aan vernieuwende ideeën van jonge kunstenaars, bewijst zijn betrokkenheid bij de Dordtse Galerie .31, die op 12 december 1957 haar deuren opende in de binnenstad van Dordrecht.Als een van de weinige galeries in Nederland bood ‘Punt Eenendertig’ in de jaren daarna ruimte aan de expositie van de dan nieuwe kunst. Er verzamelde zich dan ook een opvallend kunstenaarsgezelschap rond de galerie, waaronder de latere leden van de Nulgroep Jan Schoonhoven, Jan Henderikse, Henk Peeters en Armando, de Gard Sivik-ers Sleutelaar en Verhagen en Vijftiger Simon Vinkenoog. Buddingh’ zette zich vanaf de opening actief in voor Galerie .31 en sprak zich daarbij duidelijk uit voor de acceptatie van moderne, non-figuratieve kunst.
In haar bachelorscriptie Kees Buddingh’ en het nieuw-realisme in Dordrecht (VU Amsterdam 2008) onderzoekt Marleen Louter Buddingh’s betrokkenheid bij de vernieuwingen in de beeldende kunst zoals die zich eind jaren ’50 en jaren’60 in Dordrecht manifesteerden, in relatie tot zijn schrijverschap.
Begeleider: dr. Ad Zuiderent
Geen opmerkingen:
Een reactie posten