vrijdag 20 juli 2012

Houd-den-bek

De meervoudige ik-roman Houd-den-bek (1982) van de Zuid-Afrikaanse schrijver André Brink verhaalt over een slavenopstand die plaatsvond in het jaar 1825 nabij de Kaap. De proloog van de roman bevat de aanklacht tegen elf betrokken slaven en werkers. Deze aanklacht is nagenoeg identiek aan die in de officiële documentatie van de opstand, zoals deze is opgetekend door de toenmalige rechtbank. In de epiloog is de strafrechtelijke motivatie van het vonnis verwerkt. De pleidooien van de aanklager en van de advocaat spelen hierbij een cruciale rol.

Door een gefictionaliseerd middenstuk te lassen tussen proloog en epiloog, wordt de lezer echter ook aangemoedigd met andere (niet documentaire) ogen naar het vonnis te kijken - en omgekeerd. In haar masterscriptie heeft Irma Bluijs de wederzijdse wisselwerking tussen fictieve en historisch-documentaire delen in Houd-den-bek bekeken binnen het theoretisch kader van het interdisciplinaire onderzoeksgebied ‘law and literature’. Dit onderzoeksgebied wordt relevant geacht voor juristen, maar blijkt uit haar werk  ook voor literair-wetenschappelijk onderzoek nuttig te zijn. 

Uit Irma’s zorgvuldige analyse blijkt onder meer de subjectiviteit van de representaties van recht, hoewel de rechterlijke macht pretendeert objectief en onpartijdig te zijn. Opvallend is verder de constatering dat sommige aspecten van de zaak, die pleiten voor de slaven, naar de periferie worden weggedrukt, terwijl omstandigheden die gunstig blijken voor de heersende groep volop aandacht krijgen. Brink zorgt met dit alles voor een kritische blik op het vonnis en weet tegelijkertijd het gezag dat de rechterlijke macht - ook ten tijde van de apartheid haast als vanzelfsprekend had - te ondermijnen. Hierdoor heeft dus met zijn boek een geengageerde bijdrage geleverd aan kritiek op dit stelsel, dat de menselijke verhoudingen in Zuid-Afrika zo lang op scherp heeft gesteld.

Irma Bluijs, Het proces en de drijfveer: twee verhalen over een slavenopstand. André Brinks roman Houd-den-bek (1982) onderzocht vanuit het perspectief van ‘law and literature’. Masterscriptie Vrije Universiteit: Amsterdam, juni 2012.

Eerste begeleider: prof. dr. Ena Jansen

Voor een bijdrage van Andre Brink op youtube, zie:

Geen opmerkingen: